woensdag 20 oktober 2010

Reflectie debat Games en onderwijs:

De stelling van het tweede debat luidde: “Serious gaming moet binnen 5 jaar een fundamenteel onderdeel zijn van het basisonderwijs vanaf groep 3’.
De voorstanders van deze stelling waren Eric en Eline, de tegenstanders waren Bram en Rick en de voorzitter was Thomas.

De eerste ronde:

Argumenten van de voorstanders waren onder andere:
-       leerlingen raken meer gemotiveerd
-       er kunnen effectievere lesmethodes komen
-       er kan meer op het individu worden gericht
-       het is goedkoop
-       en het is een mooie aanvulling op de huidige lesmethode

Argumenten van de tegenstanders waren onder andere:
-       het is te duur, kijk naar de bezuinigingen van het kabinet
-       TNO, makers van games hebben niet genoeg expertise om dit idee te verwezenlijken.
-       De game markt richt zich niet op leerstof, maar meer op entertainment.

In de tweede ronde mochten de voorstanders eerst op de argumenten van de tegenstanders ingaan en daarna mochten de tegenstanders op de voorstanders reageren. Er werden veel bronnen aangehaald, maar deze werden soms niet goed ingeleid en ook lagen de bronnen niet altijd gelijk bij de hand waardoor het een beetje slordig overkwam. Maar afgezien hiervan werden er veel goede bronnen gebruikt die de argumenten sterker maakten.

Wel werden er hier en daar vooroordelen gemaakt die de argumentatie soms wat afzwakte. Een voorbeeld hiervan is een bron over een Amerikaans onderzoek die ging over de game industrie en de impact hiervan. Deze bron werd toegepast op de Nederlandse samenleving, maar dit kan je natuurlijk niet zomaar klakkeloos aannemen omdat dit twee hele verschillende samenlevingen zijn.
De presentatie van het debat was redelijk goed, alleen door de indeling van het lokaal kan je niet de ideale opstelling maken waardoor in dit geval sommige mensen achter de voorzitter zaten en hierdoor niet alles even goed konden volgen.

Wat betreft de stelling kwam er hoe verder we in het debat kwamen meer onduidelijkheid over. De definitie van fundamenteel bleek voor beide partijen niet helemaal hetzelfde te zijn. De ene kant vond een aanvulling al fundamenteel en de andere kant vond een aanvulling niet fundamenteel. Dit zorgde er dus voor dat het wat lastig te volgen werd want het gebruiken van twee vormen van een definitie van een woord zorgt voor onduidelijkheid onder zowel de debaters als het publiek.

De lichaamstaal van alle kandidaten was wel heel goed. Er was een groot verschil tussen Eric en Bram, (Eric was heel rustig en Bram juist heel aanwezig) maar allebei kwamen ze heel sterk over. Eline en Rick waren meer neutraal wat betreft hun huiding, en waren ook gewoon goed te volgen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten